Bedrijven die zzp'ers inzetten voor werk dat zij niet echt zelfstandig uitvoeren krijgen in 2025 nog geen boete opgelegd. Voorwaarde is dat de opdrachtgevers kunnen aantonen dat zij duidelijke ‘stappen zetten’ tegen schijnzelfstandigheid. Anders kunnen ze een waarschuwing krijgen, of een naheffing voor wie het te bont maakt. Dat is in het kort het beleid dat het kabinet voorstaat nu het moratorium op handhaven van de Wet DBA is vervallen.
Vanaf 1 januari 2025 gaat de Belastingdienst volledig handhaven op de criteria van de wet DBA, en de (hiervan afgeleide) jurisprudentie over werken als schijnzelfstandige. Hierover bestaan inmiddels tientallen documenten, van korte checklists tot lijvige boekwerken. Het komt neer op een ‘holistische’ afweging van alle omstandigheden van elk geval, in onderlinge samenhang. De 9 criteria in het Beslis- en afwegingskader van de Belastingdienst, afgeleid van twee uitspraken van de Hoge Raad zijn daar maar een afleiding (of voorbeeld) van.
Doel is om de zzp’ers en hun opdrachtgevers meer zekerheid te geven over de status en fiscale verplichtingen van werken op zelfstandige basis. En om het aantal schijnconstructies te verminderen, waarbij zelfstandigen net zo worden ingezet als werknemers alleen om de loonheffing te ontduiken. Zo wil het kabinet de balans op de arbeidsmarkt herstellen. Die is uit evenwicht geraakt, vindt het kabinet, omdat de (massale) inzet van schijnzelfstandigen heeft geleid tot oneerlijke concurrentie en ongelijke arbeidsvoorwaarden.
Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid is een informatiecampagne begonnen met kenmerken van 'echte' zzp'ers en werknemers in loondienst, met diverse voorbeelden van beide soorten werkenden. Ook voor werk via bemiddelaars, zoals uitzendbureaus, intermediairs, contracters, payrollers en dergelijke heeft het rijk een handreiking (link staat op dezelfde pagina). Maar in veel gevallen zullen de stemmen staken, omdat er evenveel indicaties voor als tegen een dienstverband zijn. Het advies om dan in overleg te gaan met de opdrachtgever lijkt mij erg weinig zeggend…
Waarop de fiscus precies gaat controleren blijft onduidelijk. Maar over de gevolgen weten we wel wat meer. Aanwijzingen om onjuiste situaties binnen een bepaalde termijn te corrigeren mag de Belastingdienst na 1 januari 2025 niet meer geven. De Belastingdienst begint met een verkennend bedrijfsbezoek, of een boekenonderzoek als de aanwijzingen voor misstanden ernstiger zijn. Daarna kan een waarschuwing volgen, maar dat mag geen staand beleid meer zijn. Is de situatie ernstiger, dan volgt een naheffing. Hierbij krijgen de opdrachtgevers in 2025 (nog) geen boetes als zij kunnen aantonen te goeder trouw te zijn. Dat wil zeggen: als ze kunnen bewijzen dat ze stappen zetten tegen schijnzelfstandigheid.
Waarschuwen en naheffen (nu nog zonder boetes) kan dus wel. Bij de inlenende opdrachtgever alleen over 2025, maar ook bij de zelfstandige, tot vijf jaar terug via de inkomstenbelasting. Maar dat kan de fiscus al veel langer. De schijnzelfstandige is dan met terugwerkende kracht in loondienst bij de opdrachtgever, die een werkgever is geworden. Met alle voors en tegens van dien. Of dit in 2025, het coulance-jaar van de zachte landing massaal zal gebeuren lijkt ook niet waarschijnlijk. Maar nog altijd is niets zeker in dit spannende feuilleton...
De meeste belangenverenigingen van zelfstandigen en ook sommige Kamerfracties hekelen de geplande handhavingsaanpak. Handhaven op de criteria van de Wet DBA is niet goed mogelijk, omdat die wet te vaag is. Dat was ook de reden dat handhaving acht jaar geleden werd opgeschort. Het overgangsjaar 2025 gaat daar weinig aan veranderen, menen ze.
Ook zien de belangenverenigingen dat zelfstandigen opdrachten kwijtraken omdat opdrachtgevers het risico van boetes niet willen riskeren. Ze vrezen bovendien dat sectoren met personeelstekorten nog meer in de problemen komen. De zorg is hier een schrijnend voorbeeld van, vrezen velen.
De werkgeversverenigingen VNO-NCW en MKB-Nederland stellen dat de Belastingdienst moet beginnen met handhaven op werk dat voor minder dan 33 euro per uur wordt verricht. Dat is ook de ondergrens in het wetsvoorstel VBAR, beoogd opvolger van de wet DBA, waar de werkgevers overigens mordicus op tegen zijn. ‘De meeste problemen met schijnzelfstandigheid doen zich voor met lager betaald werk, waar de onderhandelingspositie van werkenden soms erg zwak is’, aldus de ondernemersorganisaties.
Dat zou splitsen van dit wetsvoorstel betekenen. En daar voelt het kabinet-Schoof (nog) niet voor. Het uurtarief van een zzp’er vaststellen zou niet altijd goed mogelijk zijn. Dat lijkt mij op zich al een goede aanwijzing voor onzelfstandigheid, als u het mij vraagt. Een echte zelfstandige werkt op een tarief per opdracht, of per gewerkt uur. En bij opdachten maakt de zelfstandige altijd vooraf een berekening van het aantal te werken uren en de verdiensten. Dat is in zijn en haar eigen belang.
De vakbonden, de linkse oppositie en ook enkele belangenverenigingen (waaronder die van beveiligers) willen dat er zo snel mogelijk en zonder uitzonderingen wordt gehandhaafd op schijnzelfstandigheid. Tijdens een rondetafelgesprek tussen Kamerleden en verschillende vertegenwoordigers van belangenorganisaties maakte Zakaria Boufangacha duidelijk dat de handhaving zich volgens de FNV moet richten op alle sectoren en functies. ‘In de zorg en het onderwijs werken te veel mensen ten onrechte als zzp’er. Werknemers in loondienst blijven achter met de vervelendste taken’, aldus Boufangacha. Belangenorganisaties van zelfstandigen noemen dat een kwestie van betere werkverdeling, die binnen deze branches moet worden opgelost.
In september heeft de Tweede Kamer diverse malen gedebateerd over de handhaving van de wet DBA. VVD en NSC hebben moties ingediend om de handhavingsplannen aan te passen. Deze moties zijn bijna allemaal aangenomen begin oktober. Maar ze zijn vrij zacht, en niet bindend. Mede hierom gaat fiscus zelf gewoon door met massaal inzetten van zzp’ers in schijndienstverbanden, zoals bij de hersteloperatie toeslagen, omdat die ‘anders nog meer vertraging zou oplopen.’ Persoonlijk ben ik erg benieuwd hoe rechters hiernaar zullen kijken in 2025, als de eerste zaken daar op tafel komen.
Het regent inmiddels ‘vertalingen’, afleidingen, stroomschema’s en andere interpretaties van het vonnis van de Hoge Raad in de zaak Deliveroo. Gevaarlijk hieraan is volgens mij juist dat het korte interpretaties zijn van een complexe juridische uitspraak. Uiteindelijk biedt dat ook weinig houvast. Daarvoor zijn toch echt duidelijke besluiten nodig van een regering, als u het mij vraagt. Maak duidelijk waar je wel, en dus ook niet voor kiest. Regering, regeer. Hou op met reageren.
De gegevens in dit dossier zijn ontleend aan tientallen doorgaans zeer betrouwbare bronnen. Toch kan Earnest geen enkele aansprakelijkheid aanvaarden voor eventuele onjuistheden, of gevolgschades die hieruit kunnen ontstaan. Deze informatie verandert vaak, en veel. Daarom is alleen de online-versie van dit dossier actueel.